Een succesvol kampvuur maak je zo

Eerder schreven we al over dit fijne boek: ‘Komt goed’ geschreven door Pascalle Bonnier en Tess Milne. Het geluksboek vol zonnige ideeën geeft een nieuw perspectief op dagelijkse dingen en hoe je daar geluk uithaalt. Dit keer mogen we iets leuks delen uit het boek. Iets waar je van de zomer punten mee kunt scoren bij je kinderen. Iets wat verbindt en het is een skill waar je je leven lang plezier van zal hebben: het maken van een succesvol kampvuur!

Kampvuur maken

Niets zo leuk als spelen met vuur. En gevaarlijk, dus doe het voorzichtig. Bijna elke vakantie waarin een vuurtje werd gestookt is hier memorabel. Het houtjes sprokkelen is leuk, verhalen eromheen vertellen episch en vergeet vooral de marshmallows op zelf gevonden takken roosteren niet! Maar hoe maak je nu 'makkelijk' een goed kampvuur? Nou zo (en je vindt dit terug op pagina 175 van Komt goed inclusief leuke kampvuurrecepten!!)

Benodigdheden

• droog hout in verschillende diktes, inclusief een aantal dunne takjes, bijvoorbeeld die van dennenbomen, of schors, dennenappels, droog gras, hooi of mos
• zand
• lange lucifers
• water of extra zand om mee te blussen

Zo doe je het

Kampvuur maken begint met hout sprokkelen. Als je een kampvuur gaat maken op het strand,. zorg dan dat je genoeg hout bij je hebt, als je een kampvuur gaat maken waar het bos vlakbij is, kun je dit ter plekke doen. Al het hout dat op de grond ligt is geschikt, als het maar wel droog is. Je hebt 2 soorten takjes nodig. Dikke stevige takken maar ook heel dunne takjes. Takjes van dennenbomen zijn hiervoor heel geschikt maar ook schors, dennenappels, droog gras/hooi of mos werken goed.

Maak een ondergrond van zand, zodat die onder­grond niet kan branden. Maak op het zand een eerste laag van dikke takken. Maak daarop een tweede laag van dunne takjes, leg ze zo neer dat er voldoende lucht doorheen kan stromen. Vuur heeft zuurstof nodig om te kunnen branden. De derde laag is de laag die je als eerste gaat aansteken, dat moet daarom uit het dunste en droogste hout bestaan. Deze derde laag leg je neer als een piramide op de dunne takjes.

Het vuur is nu klaar om aan te steken. Dit is het leukste moment: gebruik lange lucifers, die branden zelf ook een tijdje. Ga zo zitten dat je de wind tegenhoudt en steek je kampvuur aan! Als je vuur gaat branden, moet je het op gang blijven houden. Leg steeds wat van de dunste takjes op de stapel. Als je vuur steeds beter en constanter gaat branden kun je het voeden met dikkere tak­ken. Ook weer in een soort piramidevorm zodat er voldoende zuurstof bij kan komen. Later zal ook de onderste laag gaan branden.

Je kunt het vuur zo groot maken als je zelf wilt. Je kunt nu ook dikke blokken hout in het vuur leggen. Blijf je vuur steeds goed in de gaten hou­den. Als het minder goed gaat branden voeg dan nog wat dunne takjes toe en blaas, dat zal je vuur goeddoen! Belangrijk: zorg dat het vuur altijd helemaal uit is voor je vertrekt. Bijvoorbeeld door het te blussen met water of zand. Zorg daarnaast voor iets fijns om mee bij het vuur te zitten, een goed kleed, campingstoeltjes, et cetera.

Doe mee en win!

Ook zo'n zin in dit boek? We mogen een exemplaar weggeven en zo maak je kans: